Die regels bepalen de omstandigheden waarin de lidstaten het aantal controles ter plaatste moeten aanpassen afhankelijk van de grootte van het inherente risico, en bieden de mogelijkheid om het aantal controles te verminderen wanneer de foutpercentages op een aanvaardbaar niveau liggen en de bestaande beheers- en controlesystemen goed functioneren.
Ces règles précisent les circonstances dans lesquelles les États membres sont tenus d'ajuster le nombre des contrôles sur place au niveau du risque inhérent et offrent la possibilité de réduire le nombre de contrôles si le taux d'erreur est à un niveau acceptable et que les systèmes de gestion et de contrôle en place fonctionnent bien.
