§4. Met toepassing van artikel 400, lid 2, c van Verordening nr. 575/2013 blijven de paragrafen 1 tot 3 van huidig artikel na afloop van de in art
ikel 493, lid 3 van dezelfde verordening bedoelde ove
rgangsperiode enkel gelden voor kredietinstellingen naar
Belgisch recht die niet krachtens artikel 6, lid 4 van de GTM-verordening onder het rechtstreeks toezicht van de Europese Centrale Bank staan, evenals op de beleggingsonderneminge
...[+++]n naar Belgisch recht als bedoeld in artikel 4, lid 1, punt 2) van Verordening nr. 575/2013".
En application de l'article 400, paragraphe 2, c) du règlement n° 575/2013, à l'issue de la période transitoire visée à l'article 493, paragraphe 3 dudit règlement, les paragraphes 1 à 3 du présent article restent seulement applicables aux établissements de crédit de droit belge qui ne relèvent pas de la surveillance directe de la Banque centrale européenne en vertu de l'article 6, paragraphe 4, du règlement « MSU », et aux entreprises d'investissement de droit belge visées à l'article 4, paragraphe 1, 2) du règlement n° 575/2013».