a) aan de vice-eerste minister voor Mensenrechten, Nationale Minderheden en Regionale Ontwikkeling : de coördinatie van de uitvoering van het Tolerantieprogramma ten aanzien van minderheden dat onder het PHARE-programma opgezet is;
a) au vice-président du gouvernement de la RS pour les Droits de l'homme, les Minorités nationales et le Développement régional de coordonner la réalisation du Programme de tolérance envers les minorités provenant du programme PHARE,