Art. 32. Met uitzondering van de bruggepensioneerden, gepensioneerden en de werklozen vanaf 50
jaar wordt voor de nieuwe rechthebbenden, de toekenning van het niet-terugvorderbaar voorschot van de sociale toelage, zoals voorzien
in artikel 7 van de statuten van het waarborg- en sociaal fonds, beperkt tot het refertedienstjaar tijdens hetwelk zij werden ontslagen, behoudens om dring
ende redenen, en de twee jaren volgend op het voor
...[+++]noemde refertedienstjaar.
Art. 32. A l'exception des prépensionnés, des pensionnés et des chômeurs à partir de 50 ans, l'octroi aux nouveaux bénéficiaires de l'avance irrécupérable sur l'allocation sociale, telle que prévue par l'article 7 des statuts du fonds social et de garantie, est limité à l'année de référence au cours de laquelle ils ont été licenciés, sauf pour motif grave, et aux deux années postérieures à cette année de référence.