Artikel 1. De gerechtelijke officieren en agenten bij de parketten, die minstens zesenvijftig en minder dan zestig jaar zijn en ten minste twintig aanneembare dienstjaren tellen voor de opening van het recht op pensioen in de openbare sector, met uitsluiting van de bonificaties voor studies en andere perioden die voor de vaststelling van de wedde in aanmerking werden genomen, kunnen in verlof worden gesteld, vanaf de datum vermeld in hun aanvraag.
Article 1. Les officiers et agents judiciaires près les parquets qui sont âgés d'au moins cinquante-six ans et de moins de soixante ans et qui comptent au moins vingt années de services admissibles pour l'ouverture du droit à la pension dans le secteur public, à l'exclusion des bonifications pour études et des autres périodes bonifiées à titre de services admis pour la fixation du traitement, peuvent être mis en congé à partir de la date figurant dans leur demande.