33. is van mening dat regelingen waardoor de EU in staat wordt gesteld gebruik te maken van middelen en capaciteit van de NAVO moeten worden geconsolideerd; wijst erop dat beide organisaties een omvattende benadering van crisisbeheer moeten ontwikkelen, dat veelal een veelzijdige civiel-militaire reactie vereist; bevestigt andermaal zijn overtuiging dat dit laatste verenigbaar is met het opzetten van een onafhankelijk Defensie-Europa via een permanente samenwerkingsstructuur en het Europese Defensieagentschap (EDA);
33. estime qu'il y a lieu d'améliorer les modalités permettant à l'Union d'avoir recours aux moyens et capacités de l'OTAN; souligne la nécessité, pour les deux organisations, d'élaborer une approche globale de la gestion des crises, qui nécessite souvent une réponse civile et militaire à plusieurs niveaux; réaffirme sa conviction que celle-ci est compatible avec l'établissement d'une Europe de la défense autonome par le biais d'une coopération structurée permanente et de l'Agence européenne de défense (AED);