Art. 11. § 1. In afwijking van artikel 66, tweede lid, van het voormeld koninklijk besluit van 7 augustus 1939 kunnen de ambtenaren bekleed met de graad van adjunct-veiligheidsassistent die ten minste vier jaar graadanciënniteit hebben evenals de ambtenaren bekleed met de graad van penitentiair assistent of met de graad van technisch assistent benoemd worden tot de graad van veiligheidsassistent.
Art. 11. § 1. Par dérogation à l'article 66, alinéa 2, de l'arrêté royal du 7 août 1939 précité les agents titulaires du grade d'assistant de sécurité adjoint qui comptent au moins quatre ans d'ancienneté de grade, ainsi que les agents titulaires du grade d'assistant pénitentiaires ou du grade d'assistant technique peuvent être nommés au grade d'assistant de sécurité.