25. herhaalt met klem dat vorderingen in de bilaterale betrekkingen gekoppeld zijn aan de verbetering van de mensenrechtensituatie in Pakistan, met name wat betreft de uitbanning van schuldarbeid, kinderarbeid en mensenhandel, gendergerelateerd geweld, de verbetering van de rechten van vrouwen en meisjes, met inbegrip van toegang tot onderwijs, het waarborgen van de vrijheid van meningsuiting en onafhankelijke media, evenals
de bevordering van verdraagzaamheid jegens en bescherming van kwetsbare minderheden door alle vormen van discriminatie doeltreffend te bestrijden; erkent dat hiertoe een einde moet komen aan de cultuur van straffelo
...[+++]osheid en een voor iedereen toegankelijk en op alle niveaus betrouwbaar rechtsstelsel moet worden ontwikkeld; 25. rappelle avec force que les progrès dans les relations bilatérales sont liés à l'amélioration de la situation des droits de l'homme au Pakistan, en particulier en ce qui concerne l'éradication du travail forcé, du travail des enfants et de la traite des êtres humains, la lutte contre les violences sexistes, le renforcement des droits des femmes et des filles, notamment en matière d'accès à l'éducation, la garantie de la liberté d'expression et de l'indépenda
nce des médias, la promotion de la tolérance et de la protection des minorités vulnérables en menant une lutte efficace contre toutes les formes de discrimination; constate qu'à
...[+++]cette fin, il est nécessaire de mettre fin à la culture de l'impunité et d'instaurer un système juridique et judiciaire fiable à tous les niveaux, qui soit accessible à tous;