19.4.5. Verdragsluitende staten laten geen volgend Voorlopig Internationaal Scheepsveiligheidscertificaat aan een schip afgeven, indien de Overheid of het erkende beveiligingsbedrijf van mening is dat één van de redenen waarom een schip of een maatschappij zo'n Certificaat aanvraagt is, dat zij volledige naleving hoofdstuk XI-2 en dit Deel van de Code na de door het aanvankelijke Voorlopig Certificaat bestreken periode, als vermeld in paragraaf 19.4.4., willen vermijden.
19.4.5. Aucun Gouvernement contractant ne doit accepter qu'un autre certificat international provisoire de sûreté du navire soit délivré par la suite à un navire si, de l'opinion de l'Administration ou de l'organisme de sûreté reconnu, l'une des raisons pour lesquelles le navire ou la compagnie sollicite un tel certificat est de se soustraire à l'obligation de satisfaire pleinement au chapitre XI-2 et à la présente partie du Code au-delà de la période de validité du Certificat provisoire initial décrit dans la section 19.4.4.