De verzoekende partijen verwijten de bestreden bepaling de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, al dan niet in samenhang gelezen met de artikelen 2 en 3 van de voormelde richtlijn 2004/38/EG, te schenden, doordat zij niet van toepassing is op de familieleden van een Belg, die, na gebruik gemaakt te hebben van zijn recht van vrij verkeer, naar België terugkeert.
Les parties requérantes reprochent à la disposition attaquée de violer les articles 10 et 11 de la Constitution, lus isolément ou en combinaison avec les articles 2 et 3 de la directive 2004/38/CE précitée, en ce qu'elle ne s'applique pas aux membres de la famille d'un Belge qui, ayant fait usage de son droit à la libre circulation, revient en Belgique.