Het Hof heeft daarbij gepreciseerd dat bij de beoordeling of een daadwerkelijk rechtsmiddel beschikbaar is, « rekening [dient] te worden gehoude
n met alle beroepen waarover de verzoekers beschikken, met inbegrip van de beroepen die het mogelijk maken zich te verzetten tegen de tenuitvoerlegging van een maatregel tot verwijdering naar een land waar, luidens de grief die zij aanvoeren, een risico bestaat dat artikel 3 van het Europ
ees Verdrag voor de rechten van de mens te hunnen aanzie
n zou kunnen worden ...[+++]geschonden ».
La Cour a précisé à cet égard que, pour apprécier l'existence d'un recours effectif, il faut « prendre en compte l'ensemble des recours dont disposent les requérants, en ce compris les recours qui permettent de s'opposer à l'exécution d'une mesure d'éloignement vers un pays dans lequel, aux termes du grief qu'ils font valoir, existe un risque de violation de l'article 3 de la Convention européenne des droits de l'homme à leur égard ».