Ofschoon in het verslag-Schwaiger al vanaf de tweede paragraaf duidelijk wordt aangegeven dat de huidige tendens in de liberalisering van het hand
elsverkeer niet ten goede komt aan grote delen van de bevolking van de ontwikkelingslanden, en van met name de allerarmsten landen, blijft de Europese Unie tijdens de onderhandelingen van het WTO de liberalisering van het handelsverkeer verdedigen en maakt ze
- met inachtneming weliswaar van een overgangsperiode van
enkele jaren - een einde a ...[+++]an het preferentiebeleid voor de ACS-landen, ofschoon dat beleid juist met name voor de armste landen versterkt had moeten worden.
Toujours dans le même sens, lors des négociations de l'OMC, et alors que le rapport Schwaiger notait, dès le deuxième paragraphe, que le processus actuel de libéralisation des échanges ne profite guère à de larges secteurs de la population des pays en développement, notamment les plus pauvres, l'Union européenne continue à défendre la libéralisation des échanges commerciaux et met fin, certes avec quelques années de transition, au régime favorable accordé aux pays ACP alors qu'il aurait fallu renforcer celui-ci, en particulier pour les pays les plus pauvres.