1. Geen enkele bepaling in de wet van 7 augustus 1974 tot instelling van het recht op een bestaansminimum belet een persoon wiens werkloosheidsuitkeringen werden geschorst wegens, bijvoorbeeld, abnormaal langdurige werkloosheid, aanspraak te kunnen maken op het voordeel van het bestaansminimum.
1. Aucune disposition contenue dans la loi du 7 août 1974 instituant le droit à un minimum de moyens d'existence ne s'oppose à ce qu'une personne pour laquelle le paiement des allocations de chômage a été suspendu en raison, par exemple, d'une durée de chômage anormalement longue, puisse prétendre au bénéfice du minimex.