Deze tehuizen en centra moeten minstens in vier van de volgende zes gebieden ondergebracht zijn : de provincies Waals-Brabant, Henegouwen, Luxemburg, Namen, Luik met uitzondering van de gemeenten bedoeld in artikel 5 van de wetten op het taalgebruik in bestuurszaken, gecoördineerd op 18 juli 1966, en van het tweetalig gewest Brussel-Hoofdstad.
Ces maisons et centres doivent être répartis dans au moins quatre des six zones suivantes : les provinces du Brabant wallon, de Hainaut, de Luxembourg, de Namur, de Liège à l'exception des communes visées à l'article 5 des lois sur l'emploi des langues en matière administrative coordonnées le 18 juillet 1966, et la région bilingue de Bruxelles-Capitale.