13) Alle redelijke maatregelen moeten worden genomen om de apparatuur behandeld in de paragrafen 1) tot en met 12) in goede staat van werking te houden. Behalve wanneer anders is bepaald in voorschrift I/6), zullen defecten in deze apparatuur geen aanleiding zijn om het vaartuig te beschouwen als niet zeewaardig of om het vaartuig te weerhouden in havens waar mogelijkheden van herstelling niet onmiddellijk beschikbaar zijn.
13) Sous réserve des dispositions de la règle I/6, bien que toutes les mesures raisonnables doivent être prises pour maintenir en bon état de fonctionnement les appareils mentionnés aux paragraphes 1) à 12), un défaut de fonctionnement des appareils ne doit pas être considéré comme rendant le navire inapte à prendre la mer ou comme un motif suffisant pour retarder son départ d'un port où les réparations ne peuvent être effectués.