Member States shall take into consideration gender and age specific concerns and the situation of persons with special needs in relation to applicants within the premises and accommodation centers referred to in paragraph 1(a) and (b).
De lidstaten houden rekening met gender- en leeftijdspecifieke problemen en met de situatie van personen met bijzondere behoeften in verband met verzoekers in de in lid 1, onder a) en b), bedoelde ruimten en opvangcentra.