4. The prohibition set out in paragraph 1 shall not apply to vaccination campaigns and other campaigns in the interest of public health carried out by the industry and approved by the competent authorities of the Member States, which shall ensure that such campaigns are not intended to serve as advertising, provided that these campaigns are carried out exclusively for medically necessary purposes.
4. Het in lid 1 bedoelde verbod geldt niet voor door het bedrijfsleven gevoerde inentingscampagnes en andere campagnes van het bedrijfsleven in het belang van de volksgezondheid, die zijn goedgekeurd door de bevoegde autoriteiten van de lidstaten; deze zien erop toe dat deze campagnes niet voor reclamedoeleinden worden gebruikt, voor zover erop wordt toegezien dat deze campagnes uitsluitend medisch gezien noodzakelijke doeleinden beogen.