The Commission concluded that any coordination between ABN AMRO and ING which would restrict competition in breach of Article 101 of the Treaty on the Functioning of the EU was highly unlikely, because BMC only represents a small part of the parents' portfolio, and is unrelated to the core activities of ABN AMRO and ING.
Volgens de Commissie is het hoogst onwaarschijnlijk dat er tussen ABN AMRO en ING sprake zal zijn van enige coördinatie die de mededinging in strijd met artikel 101 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie zou beperken; BMC maakt slechts een klein deel uit van de portefeuille van de moedermaatschappijen en heeft geen enkele bemoeienis met de kernactiviteiten van ABN AMRO en ING.