Whereas the Council considers that the seriousness and development of certain forms of organized crime require strengthening of cooperation between the Member States of the European Union, particularly as regards the following crimes and offences: drug trafficking; trafficking in human beings and terrorism, trafficking in works of art, money laundering, serious economic crime, extortion and other acts of violence against the life, physical integrity or liberty of a person, or creating a collective danger for persons;
overwegende dat de Raad van oordeel is dat de ernst en de ontwikkeling van bepaalde vormen van georganiseerde criminaliteit nopen tot nauwere samenwerking tussen de lidstaten van de Europese Unie, met name inzake de volgende strafbare feiten: drugshandel, mensenhandel en terrorisme, illegale handel in kunstvoorwerpen, witwassen van geld, ernstige economische criminaliteit, afpersing alsook andere daden van geweld gericht tegen het leven, de lichamelijke integriteit of de persoonlijke vrijheid, of waarvan een collectief gevaar voor personen uitgaat;