As a minus to this definition, under Article 33 of Council Directive 2009/31/EC of 23 April 2009 on the geological storage of carbon dioxide (9), EEA States must ensure that operators of combustion plants with a rated electrical output exceeding 300 MW have assessed certain conditions, namely, whether suitable storage sites are available, whether transport facilities are technically and economically feasible, and whether it is technically and economically feasible to retrofit for CO2 capture.
Een restrictie ten aanzien van deze bepaling is dat de EER-Staten krachtens artikel 33 van Richtlijn 2009/31/EG van de Raad van 23 april 2009 betreffende de geologische opslag van kooldioxide (9) ervoor moeten zorgen dat de exploitanten van alle stookinstallaties met een nominaal elektrisch vermogen van 300 megawatt of meer, hebben nagegaan of aan bepaalde voorwaarden is voldaan, namelijk dat er geschikte opslaglocaties voorhanden zijn, dat de vereiste transportfaciliteiten in technisch en economisch opzicht haalbaar zijn en dat de installaties in technisch en economisch opzicht geschikt zijn om voor CO2-afvang te worden aangepast.