whereas, in accordance with Article 9 of the Act of
23 January 2004 on elections to the European Parliament, ‘A person shall be eligible for elections to the European Parliament held in the Republic of Poland if he or she [.] has not been convicted of an offence committed intentionally and prosecuted by indictment ’. whereas Article 142, paragraph 1(1) of that Act states that ‘The forfeiture of a seat of a Member of the European Parliament shall be a resu
lt of forfeiture of eligibility’; whereas no such provisions exist in the Act of
...[+++] 12 April 2001 on elections to the Sejm and Senat of the Republic of Poland (the Polish parliament),
overwegende dat overeenkomstig artikel 9 van de wet van 23 januari 2004 over de verkiezingen voor het Europees Parlement alleen wie niet veroordeeld is of vervolgd wordt voor een opzettelijk misdrijf, kandidaat mag zijn bij de verkiezingen voor het Europees Parlement in Polen; overwegende dat overeenkomstig artikel 142, lid 1 van deze wet verlies van het passief kiesrecht tot verlies van het lidmaatschap van het Europees Parlement leidt; overwegende dat soortgelijke bepalingen ontbreken in de wet van 12 april 2001 over de verkiezingen voor de Sejm en de Senaat van Polen (het Pools parlement),