12. Reaffirms that, under Article 1.1 of the UN International Covenant on
Civil and Political Rights, all peoples have the inalienable right of self-determination, by virtue of which they may freely determine their political status and freely pursue their economic, social and cultural development; reaffirms that, under Article 1.3, all parties to the covenant must promote the realisation of the right of self-determination, and must respect that right, in conformity with the provisions of the Charter of the United Nations; notes, however, that all UN resolutions on the Kashmir dispute explicitly and only acknowledge the right for the fo
...[+++]rmer princely state of Jammu and Kashmir to become part of India or Pakistan; welcomes, within the context of bringing the Kashmir conflict to a permanent solution, which would bring enormous benefits to the entire region, the new ideas that are currently under consideration within the Composite Dialogue and India's Round Table discussions (in which context the reopening of dialogue by the Indian Government with the All Parties Hurriyat Conference (APHC) is especially welcome), and in particular ideas related to making boundaries permanently irrelevant, a system of self-governance, and institutional arrangements for joint or cooperative management; strongly encourages both India and Pakistan to further explore these concepts in joint discussions and with Kashmiris on both sides of the LoC and in Gilgit and Baltistan; 12. herhaalt dat alle volkeren krachtens artikel 1, lid 1 van het Internationaal V
erdrag inzake burgerrechten en politieke rechten van de VN het onvervreemdbare recht op zelfbeschikking hebben, onder meer het recht om vrij hun politieke status te bepalen en vrij hun economische, sociale en culturele ontwikkeling na te streven; herhaalt dat alle partijen die dit verdrag hebben ondertekend krachtens artikel 1, lid 3 ervan de verwezenlijking van het recht op zelfbeschikking moeten bevorderen en dit recht moeten eerbiedigen overeenkomstig de bepalingen van het Handvest van de Verenigde Naties; wijst er echter op dat alle VN-resoluties over
...[+++] het conflict over Kasjmir expliciet het recht van het voormalige prinsdom Jammu en Kasjmir erkennen om een deel van hetzij India, hetzij Pakistan te worden; is met het oog op een duurzame oplossing voor het conflict over Kasjmir, waarbij de hele regio enorm baat zou hebben, ingenomen met de nieuwe ideeën die momenteel ter tafel liggen op de Composite Dialogue (waaraan diverse betrokken partijen deelnemen) en de rondetafelgesprekken in India (waarbij vooral de hervatting van de dialoog met alle partijen van de Hurriyat conferentie (APHC) door de Indiase regering moet worden toegejuicht), in het bijzonder de ideeën om de grenzen permanent te ontsluiten, een systeem van zelfbestuur in te voeren en institutionele regelingen te vinden voor een gezamenlijk bestuur of samenwerking bij het bestuur; roept India en Pakistan bijgevolg op deze denkbeelden verder te verkennen in onderlinge gesprekken en in gesprekken met Kasjmiri's aan beide zijden van de bestandslijn en in Gilgit en Baltistan;