For the purpose of this Regulation, ‘civil society organisations’ are non-State, non-profit making actors operating on
an independent and accountable basis which include: non governmental organisations, organisations representing indigenous peoples, organisations representing national and/or ethnic minorities, diaspora organisations, migrants' organisations in partner countries, local traders' associations and citizens' groups, cooperatives, employers associations and trade unions (social partners), organisations representing economic and social interests
...[+++], organisations fighting corruption and fraud and promoting good governance, civil rights organisations and organisations combating discrimination, local organisations (including networks) involved in decentralised regional cooperation and integration, consumer organisations, women's and youth organisations, environmental, teaching, cultural, research and scientific organisations, universities, churches and religious associations and communities, the media and any non governmental associations and independent foundations, including independent political foundations, likely to contribute to the implementation of the objectives of this Regulation.Voor de toepassing van deze verordening wordt onder „maatschappelijke organisaties” verstaan niet-winstgevende niet-overheidsactoren die op een onafhankelijke en verantwoordingsplichtige basis werken. Het gaa
t met name om: niet gouvernementele organisaties, organisaties van de inheemse bevolkingen, organisaties die nationale en/of etnische minderheden vertegenwoordigen, diaspora-organisaties, migrantenorganisaties in partnerlanden, plaatselijke handelsverenigingen en plaatselijke actiegroepen, coöperaties, werkgeversverenigingen en vakbonden (sociale partners), organisaties die economische en sociale actoren vertegenwoordigen, organisati
...[+++]es die corruptie en fraude bestrijden en goed openbaar bestuur bevorderen, burgerrechtenorganisaties en organisaties die discriminatie bestrijden, plaatselijke organisaties (en netwerken daarvan) die werkzaam zijn op het gebied van gedecentraliseerde regionale samenwerking en integratie, consumentenbonden, vrouwen- en jongerenorganisaties, milieu-, onderwijs-, culturele, onderzoeks- en wetenschappelijke organisaties, universiteiten, kerken en religieuze verenigingen en gemeenschappen, media, en alle niet gouvernementele organisaties en onafhankelijke stichtingen, waaronder onafhankelijke politieke stichtingen, die een bijdrage kunnen leveren tot het verwezenlijken van de doelstellingen van deze verordening.