6. In addition to the key performance areas and key performance indicators referred to in this Article, Member States, at national or functional airspace block level, may decide to set up and use additional performance indicators and associated targets to those set out in Annex I Section 2 for their own performance monitoring and/or as part of their performance plans.
6. In aanvulling op de in dit artikel bedoelde prestatiekerngebieden en prestatiekernindicatoren kunnen lidstaten, op nationaal niveau of op dat van de functionele luchtruimblokken, beslissen om, voor hun eigen prestatietoezicht en/of als onderdeel van hun prestatieplannen, extra prestatie-indicatoren en bijbehorende doelen te ontwikkelen en te gebruiken naast die welke zijn vastgesteld in bijlage I, deel 2.