be attentive, insofar as train operation permits, to unusual occurrences concerning the infrastructure and the environment: signals, tracks, energy supply, level crossings, track surrounding, other traffic,
in de mate waarin de besturing van de trein dit toelaat opmerkzaam te zijn op ongebruikelijke gebeurtenissen op de infrastructuur en in de omgeving: signalen, spoor, bovenleiding, spoorwegovergangen, omgeving van het spoor, ander verkeer;