6. Notes that premature decommissioning has a direct impact on the energy resources (and their prices) of the Member States concerned; believes that the development of alternative, low–emission, competitive energy resources should be promoted in coping with the negative consequences, and that due consideration should be given to establishing appropriate compensation mechanisms to cover the costs of decommissioning and waste disposal up to the definite stage from where the three countries can bear the remaining costs by themselves;
6. wijst erop dat vroegtijdige ontmanteling directe gevolgen heeft voor de energievoorziening (en de daarbij te hanteren prijzen) van de betrokken lidstaten; is van oordeel dat voor het opvangen van de negatieve gevolgen die daaraan zijn verbonden de ontwikkeling van alternatieve en concurrerende energiebronnen met lage emissies moet worden bevorderd, en passende aandacht moet worden besteed aan het ontwikkelen van geëigende compensatiemechanismen ter dekking van de kosten van ontmanteling tot het moment waarop de drie landen de resterende kosten zelf kunnen dragen;