The possible positions of the adjustment components are limited: 2.5.2.5.1. on the one hand, by the larger of the following two values : the lowest idling speed which the engine can reach ; the speed recommended by the manufacturer, minus 100 revolutions per minute;
De mogelijke standen van de afstelorganen worden begrensd: 2.5.2.5.1. enerzijds door de grootste van beide volgende waarden ; het laagste toerental waarbij de motor stationair kan draaien, het door de fabrikant aanbevolen toerental min 100 omwentelingen per minuut;