In zones and agglomerations where the levels of sulphur dioxide, nitrogen dioxide, PM10, PM2,5, lead, benzene and carbon monoxide in ambient air are below the respective limit values or target values specified in Annexes XI and XIV, Member States shall maintain the levels of those pollutants below the limit values or target values and shall endeavour to preserve the best ambient air quality, compatible with sustainable development.
In zones en agglomeraties waar de niveaus van zwaveldioxide, stikstofdioxide, PM10, PM2,5, lood, benzeen en koolmonoxide in de lucht lager zijn dan de respectieve, in de bijlagen XI en XIV genoemde grenswaarden of streefwaarden , zorgen de lidstaten ervoor dat de concentratie van de genoemde verontreinigende stoffen onder de grenswaarden of streefwaarden blijft en streven ze ernaar de beste luchtkwaliteit te handhaven die verenigbaar is met duurzame ontwikkeling .