1. Where, in given zones or agglomerations, the levels of pollutants in ambient air exceed any limit value or target value or concentration cap, plus any relevant margin of tolerance in each case, Member States shall ensure that plans or programmes are established for those zones and agglomerations in order to achieve the related limit or target value or concentration cap specified in Annexes XI and XIV.
1. Wanneer het niveau van verontreinigende stoffen in de lucht in bepaalde zones of agglomeraties een grenswaarde, streefwaarde of concentratiebovengrens, verhoogd met de toepasselijke overschrijdingsmarge, overschrijdt, zorgen de lidstaten ervoor dat voor die zones en agglomeraties plannen of programma's worden vastgesteld om de desbetreffende, in de bijlagen XI en XIV genoemde grenswaarde, streefwaarde of concentratiebovengrens te bereiken.