In order to avoid inhomogeneity and unevenness in the wheel tracks, cores should not be taken in the wheel tracks themselves, but close to them. Two cores (minimum) should be taken close to the wheel tracks and one core (minimum) should be taken approximately midway between the wheel tracks and each microphone location.
Om een gebrek aan homogeniteit en eenvormigheid van de wielsporen te voorkomen, moeten de boormonsters niet in de eigenlijke wielsporen worden genomen, maar wel in de nabijheid daarvan (Tenminste) twee boormonsters moeten worden genomen in de nabijheid van de wielsporen en (tenminste) één ongeveer halverwege tussen de wielsporen en elke microfoonpositie.