9. Maintains that the choice of energy mix, while a matter for the individual Member States, should allow for the common objectives and, where appropriate, be the subject of a coordinated European approach, as the targets proposed might otherwise not be reached, especially with regard to efforts to combine renewable energy sources; points out that approximate investment needs, in terms of energy infrastructure, will be impossible to predict without estimating the likely make-up of the energy mix in 2030;
9. onderstreept dat de samenstelling van de energiemix weliswaar tot de bevoegdheid van elke lidstaat behoort maar niettemin rekening moet houden met de gezamenlijke doelstellingen en eventueel het onderwerp moet uitmaken van een gecoördineerde Europese aanpak, omdat anders de gestelde doelen niet verwezenlijkt worden, in het bijzonder op het gebied van de energiemix uit hernieuwbare energiebronnen; herinnert eraan dat de behoefte aan investeringen in energie-infrastructuur alleen geraamd kunnen worden indien men kan inschatten hoe de samenstelling van de energiemix er in 2030 uit zal zien;