3. Is of the opinion that the period of dual circulation of national currency units and euros starting on 1 January 2002 should be shortened as much as possible, preferably to a period of not more than two months, in order to balance the need to give citizens enough time to become accustomed to notes and coins, while at the same time not putting too heavy a burden on the commercial sectors and public administrations which will have to handle two currencies during this period;
3. meent dat de periode dat de nationale munteenheden en de euro vanaf 1 januari 2002 gelijktijdig in omloop zijn, zo kort mogelijk gehouden moet worden, bij voorkeur hoogstens twee maanden, om een evenwicht te vinden tussen de noodzaak om de burgers genoeg tijd te geven om zich met de biljetten en muntstukken vertrouwd te maken en tegelijk geen te zware last op het bedrijfsleven en de overheidsdiensten te leggen, die in die periode met twee munteenheden zullen moeten werken;