4. The Director-General shall report regularly to the European Parliament, the Council, the Commission and the Court of Auditors on the findings of investigations carried out by the Office, the action taken and the problems encountered, whilst respecting the confidentiality of the investigations, the legitimate rights of the persons concerned and of informants, and, where appropriate, national law applicable to judicial proceedings.
4. De directeur-generaal brengt regelmatig verslag uit aan het Europees Parlement, de Raad, de Commissie en de Rekenkamer over de resultaten van de door het Bureau verrichte onderzoeken, de actie die naar aanleiding daarvan is ondernomen en de problemen die daarbij zijn gerezen, onder eerbiediging van het vertrouwelijk karakter van die onderzoeken, de wettelijke rechten van de betrokken personen en informanten en, in voorkomend geval, de nationale procesrechtelijke bepalingen.