43. Notes that, in doing so, the budgetary authority made it perfectly clear that it expected an end to be put to the practice, which, since 1 January 2003, has not been authorised either by provisions in the relevant regulations on the remuneration of Members of the Institutions or by corresponding remarks in the budget;
43. stelt vast dat de begrotingsautoriteit daarmee duidelijk en ondubbelzinnig tot uitdrukking heeft gebracht dat zij verwachtte dat deze praktijk, die sinds 1 januari 2003 noch op grond van bepalingen van geldende verordeningen inzake de bezoldiging van de leden van de organen noch op grond van toelichtingen in de begroting is toegestaan, zou worden gestaakt;