at least 62 salamanders which have undergone quarantine as one epidemiological unit in an appropriate establishment which complies with the minimum conditions set out in Annex II for a period of at least 6 weeks immediately prior to the date of the issuing of the animal health certificate set out in Part A of Annex I and skin swab samples from the salamanders in the consignment must have been tested for Bsal with negative results during the fifth week of the period of quarantine with the appropriate diagnostic test, in accordance with the sample sizes set out in point 1(a) of Annex III; or
ten minste 62 salamanders die als een enkele epidemiologische eenheid in een geschikte inrichting die aan de minimumvoorwaarden in bijlage II voldoet, in quarantaine zijn gehouden gedurende een periode van ten minste zes weken onmiddellijk voorafgaand aan de datum van afgifte van het diergezondheidscertificaat in bijlage I, deel A, en tijdens de vijfde week van de quarantaineperiode zijn huiduitstrijkjes van de salamanders in de zending met negatief resultaat op Bsal getest door middel van de geschikte diagnostische test overeenkomstig de in bijlage III, punt 1, onder a), vastgestelde steekproefgrootte, of