The Courts of the European Union are entitled to assess, according to the circumstances of each case, whether the proper administration of justice justifies the dismissal on the merits of an action without first ruling on the objection of inadmissibility raised by the defendant (judgment of 28 September 2011 in Case F‑26/10 AZ v Commission, paragraph 34).
De rechter van de Unie mag naargelang de omstandigheden van het geval beoordelen of een goede rechtsbedeling rechtvaardigt dat een beroep ten gronde wordt verworpen zonder dat eerst uitspraak wordt gedaan over de door de verwerende partij aangevoerde grief van niet-ontvankelijkheid (arrest Gerecht van 28 september 2011, AZ/Commissie, F‑26/10, punt 34).