3. In the case of credit agreements in the form of an overdraft facility and where the credit has to be repaid on demand or within three months, only Articles 1 to 3, Article 4(1), Article 4(2)(a) to (c), Article 4(4), Articles 6 to 9, Article 10(1), Article 10(4), Article 10(5), Articles 12, 15, 17 and Articles 19 to 32 shall apply.
3. Op de kredietovereenkomst waarbij het krediet in de vorm van een geoorloofde debetstand op een rekening wordt verleend en op verzoek of binnen een termijn van drie maanden moet worden terugbetaald, zijn uitsluitend de artikelen 1 tot en met 3, artikel 4, lid 1, lid 2, punten a) tot en met c), en lid 4, de artikelen 6 tot en met 9, artikel 10, leden 1, 4 en 5, artikel 12, artikel 15, artikel 17 en de artikelen 19 tot en met 32 van toepassing.