I. noting that the situation regarding human rights and fundamental freedoms in the People’s Republic of China has deteriorated considerably over the last 18 months, as demonstrated by the thousands of death sentences and hundreds of executions, the increase in the number of arrests, imprisonments, farcical trials and sentencing of representatives of the Chinese Democratic Party, the brutal repression of the F
alun Gong religious movement, the constant interference in the life of religious movements not in thrall to the Communist Party, the constant deterioration in the political and humanitarian
situation in Tibet, ...[+++]eastern Turkistan and Inner Mongolia, the increasing number of verbal threats against the Republic of China (Taiwan), and the slow but constant reduction in freedoms in Hong Kong,I. overwegende dat de situatie van de mensenrechten en de fundamentele vrijheden in de Volksrepubliek China tijdens de afgelopen 18 maanden erg verslechterd is, zoals blijkt uit de duizenden doodvonnissen en de honderden terechtstellingen, de toename van arrestaties, hechtenissen, schijnprocessen en veroordelingen van vertegenwoordigers van de Chinese Democratische Partij, de meedogenloze onderdrukking van de religieuze Falun Gongbeweging, de voortdurende inmenging in de activiteiten van de religieuze bewegingen die niet aan de Communistische Partij onderworpen zijn, de niet-aflatende verslechtering van de politieke en mensenrechtensituatie in Tibet,
Oost-Toerkestan (Xinjiang) en ...[+++] Binnen-Mongolië, de toename van de verbale dreigementen aan het adres van de Republiek China (Taiwan) en de geleidelijke, maar voortschrijdende beknotting van de vrijheden in Hong Kong,