If the installation and intermediate tests show that, in relation to their parameters, components and adjustable features, the engines installed on board comply with the specifications set out in the instructions pursuant to Article 8a.01(17), then it may be assumed that the exhaust gas and particulate emissions from the engines likewise comply with the basic limit values.
Als de installatie- en tussentijdse tests aantonen dat de aan boord geïnstalleerde motoren wat de parameters, onderdelen en aanpasbare kenmerken betreft, voldoen aan de specificaties die overeenkomstig artikel 8a.01, lid 17, in de instructies worden bepaald, dan mag men ervan uit gaan dat de emissies van uitlaatgassen en deeltjes van de motoren eveneens aan de maximale waarden voldoen.