7. Advocates a more relaxed monetary policy of the ECB and its institutional reform, based on democratic accountability, political control and economic and social concerns; emphasises that the appreciation in the euro exchange rate is the result of mounting imbalances in the global economy and sluggish internal demand in the EU, which identifies the need for an EU initiative at global level on exchange rate policy in order to control the Euro exchange rate vis à vis the US dollar, the yen and the Chinese renminbi;
7. is voorstander van een relaxter monetair beleid van de ECB en haar institutionele hervorming op basis van democratische verantwoordingsplicht, politieke controle, en economische en sociale overwegingen; onderstreept dat de opwaardering van de wisselkoers van de euro het resultaat is van het toenemende gebrek aan evenwicht in de wereldeconomie en de trage interne vraag in de EU, waaruit de noodzaak blijkt van een initiatief van de EU op wereldniveau inzake het wisselkoersbeleid om de wisselkoers van de euro ten opzichte van de Amerikaanse dollar, de yen en de Chinese renminbi in toom te houden;