For the purpose of adapting the comparative methodology framework to national circumstances, Member States should determine the estimated economic lifecycle of a building and/or building element, the appropriate cost for energy carriers, products, systems, maintenance, operational and labour costs, primary energy conversion factors, and the energy price developments on this point to be assumed for fuels used in their national context for energy used in buildings, taking into account the information provided by the Commission.
Om het vergelijkend methodologisch kader aan de nationale omstandigheden aan te passen, moeten de lidstaten het volgende vaststellen: de geraamde economische levensduur van een gebouw en/of onderdeel van een gebouw, de juiste kosten van energiedragers, producten, systemen, onderhoud, operationele kosten en arbeidskosten, de conversiefactoren voor primaire energie en de energieprijsontwikkelingen die op dit punt te verwachten zijn voor brandstoffen die in hun nationale context worden gebruikt voor energie die wordt gebruikt in gebouwen, rekening houdend met de informatie die is verstrekt door de Commissie.