I. whereas the prevention of FGM is an international human rights obligation for every Member State under General Recommendation No 14 of the UN Committee on the Elimination of Discrimination Against Women on Female Circumcision and Directive 2012/29/EU establishing minimum standards on the rights, support and protection of victims of crime, which recognises FGM as a form of gender-based violence regarding which, amongst other things, minimum standards for protection should be established;
I. overwegende dat de preventie van VGV een internationale grondrechtenverplichting van elke lidstaat vormt op grond van algemene aanbeveling nr. 14 over vrouwenbesnijdenis van het VN-comité voor de uitbanning van discriminatie van vrouwen en Richtlijn 2012/29/EU tot vaststelling van minimumnormen voor de rechten, de ondersteuning en de bescherming van slachtoffers van strafbare feiten, waarin VGV aangeduid wordt als een vorm van genderspecifiek geweld en met het oog waarop, onder meer, minimumnormen voor de bescherming vastgesteld moeten worden;