(1) The current Civil Protection Action Programme approved by Council Decision 1999/847/EC, of 9 December 1999, establishing a Community action programme in the field of civil protection(1), states, in its sixth recital, that the isolated and outermost regions of the Union have special characteristics because of their geography, terrain and social and economic conditions which have an adverse effect and make it difficult to deliver aid and means of assistance in the event of major danger.
(1) In de zesde overweging van het huidige actieprogramma voor civiele bescherming, goedgekeurd bij Beschikking 1999/847/EG van de Raad van 9 december 1999 betreffende een communautair actieprogramma voor civiele bescherming(1), staat dat de geïsoleerde en ultraperifere regio's van de Unie, gezien hun geografische, orografische, sociale en economische situatie, bijzondere kenmerken vertonen die bij een dreigende ramp de steunverlening en het aanvoeren van de nodige hulpmiddelen bemoeilijken.