Those family members should have access to the labour market in the first Member State and, in the case of long-term mobility, in the second Member States, except in exceptional circumstances such as particularly high levels of unemployment where Member States should retain the possibility to apply a test demonstrating that the post cannot be filled from within the domestic labour market for a period not exceeding 12 months.
Deze gezinsleden dienen toegang te hebben tot de arbeidsmarkt in de eerste lidstaat en, in het geval van langetermijnmobiliteit, in de tweede lidstaten, behalve in uitzonderlijke omstandigheden, zoals bij bijzonder hoge werkloosheid, waarbij de lidstaten gedurende maximaal 12 maanden de mogelijkheid houden om aan de hand van een onderzoek aan te tonen dat een bepaalde vacature niet kan worden ingevuld vanuit de binnenlandse arbeidsmarkt.