1. Masters of third country fishing vessels or their representative shall submit to the authorities of the Member State whose designated ports of landing or transhipment facilities they use, if possible by electronic means prior to landing or transhipment operations, a declaration indicating the quantity of fishery products by species to be landed or transhipped, and the date and place of each catch.
1. De kapiteins van vissersvaartuigen van derde landen of hun vertegenwoordigers dienen bij de autoriteiten van de lidstaat waarvan zij de aangewezen havens of de aanlandings- of overladingsvoorzieningen gebruiken, vóór de aanvang van de aanlandings- of overladingsactiviteiten indien mogelijk langs elektronische weg een aangifte in die de voor aanlanding of overlading bestemde hoeveelheden visserijproducten per soort vermeldt, alsmede de datum en plaats van elke vangst.