3. The accommodation shall be so designed and arranged as to prevent as far as possible the entry of foul air from other areas of the vessel such as engine rooms or holds; where forced-air ventilation is used, the intake vents shall be so placed as to satisfy the above requirements.
3. Verblijven moeten zodanig zijn ingericht en uitgevoerd dat voorzover mogelijk wordt voorkomen dat verontreinigde lucht uit andere afdelingen van het schip, zoals machinekamers of laadruimen, binnendringt; bij geforceerde ventilatie dienen de inlaatopeningen zodanig te worden aangebracht dat ze aan bovengenoemde eisen voldoen.