Vertaling van "icelandic low " (Engels → Nederlands) :

TERMINOLOGIE

Iceland low | Icelandic low | Icelandic low-pressure area
lagedrukgebied bij Ijsland

ability to comprehend spoken and written Icelandic and to speak and write in Icelandic | competent in Icelandic | Icelandic
IJslands

EU/Iceland and Norway Mixed Committee | EU/Iceland and Norway Mixed Committee established by the Agreement concluded by the Council of the European Union and the Republic of Iceland and the Kingdom of Norway concerning the association of those two States in the implementation, application and development of the Schengen acquis
Gemengd Comité EU/IJsland en Noorwegen | Gemengd Comité EU/IJsland en Noorwegen, ingesteld bij de door de Raad van de Europese Unie en de Republiek IJsland en het Koninkrijk Noorwegen gesloten overeenkomst inzake de wijze waarop IJsland en Noorwegen worden betrokken bij de uitvoering, de toepassing en de ontwikkeling van het Schengenacquis

Iceland [ Republic of Iceland ]
IJsland [ Republiek IJsland ]

Iceland | Republic of Iceland
IJsland

low cost airline [ budget airline | budget carrier | discount airline | discount carrier | low cost carrier | low fare airline | low fare carrier | no frills airline | no frills carrier ]
low-budgetvlieger [ goedkope luchtvaartmaatschappij ]

Iceland disease
chronisch vermoeidheidssyndroom

clean technology [ clean industry | environmentally sound technology | environmentally sustainable technology | low-carbon technology | low waste technology | cleaner production(UNBIS) | low waste technology(UNBIS) ]
schone technologie [ duurzame technologie | koolstofarme technologie | schone industrie ]

discipline of precision engineering | precision engineering science | engineering to low tolerances | precision engineering
precisietechniek

low observable technology | military camouflage technology | multi-spectral camouflage technology | stealth technology
stealth-technologie

IN-CONTEXT TRANSLATIONS

Between 2008 and 2012, the number of children at risk of poverty or social exclusion in Europe (EU27+Norway, Iceland and Switzerland) rose by almost one million, increasing by half a million between 2011 and 2012 alone; the risk of poverty or social exclusion increased between 2008 and 2012 from 26.5% to 28% (20.8% of children lived in families with disposable incomes below 60% of the national average, 9% lived in households with very low work intensity and 11.8% in homes with material deprivation.); in 2013, according to Eurostat data from 2013, 26.5 million children in EU28 were at risk of poverty and social exclusion.
Tussen 2008 en 2012 steeg het aantal kinderen dat risico liep op armoede of sociale uitsluiting in Europa (EU27+Noorwegen, IJsland en Zwitserland) met bijna een miljoen, en enkel tussen 2011 en 2012 nam dat aantal al met een half miljoen toe; in de EU27 is het risico op armoede en sociale uitsluiting tussen 2008 en 2012 gestegen van 26,5% naar 28% (20,8% van de kinderen leeft in een gezin waarvan het beschikbare inkomen minder dan 60% van het nationale gemiddelde bedraagt, 9% leeft in een gezin met een zeer lage arbeidsintensiteit en 11,8% in huizen met materiële deprivatie); in 2013 liepen volgens gegevens van Eurostat 26,5 miljoen kinderen in de EU28 het risico in de armoede te belanden of sociaal uitgesloten te worden.

18. Is concerned about Iceland's high level of unemployment and particularly youth unemployment, as well as the drop in investments and internal consumption following the economic and financial crisis, although noting signs of improvement in some of these areas; notes that the low-cost, green energy and green energy-technology that Iceland produces could be a more important factor in rebooting the economy;
18. is verontrust over de hoge werkloosheid, en met name jeugdwerkloosheid, in IJsland en over de daling van de investeringen en de binnenlandse consumptie na de economische en financiële crisis, hoewel er op sommige van deze gebieden een opleving te bespeuren valt; stelt vast dat de goedkope groene energie en groene-energietechnologie die IJsland produceert een grotere rol zou kunnen spelen bij de doorstart van de economie;

18. Is concerned about Iceland’s high level of unemployment and particularly youth unemployment, as well as the drop in investments and internal consumption following the economic and financial crisis, although noting signs of improvement in some of these areas; notes that the low-cost, green energy and green energy-technology that Iceland produces could be a more important factor in rebooting the economy;
18. is verontrust over de hoge werkloosheid, en met name jeugdwerkloosheid, in IJsland en over de daling van de investeringen en de binnenlandse consumptie na de economische en financiële crisis, hoewel er op sommige van deze gebieden een opleving te bespeuren valt; stelt vast dat de goedkope groene energie en groene-energietechnologie die IJsland produceert een grotere rol zou kunnen spelen bij de doorstart van de economie;

[3] During the MEDIA II programme, countries with low production capacity and/or with a restricted linguistic and geographical area were as follows: Austria, Belgium, Denmark, Finland, Greece, Ireland, Iceland, Liechtenstein, Luxembourg, Norway, the Netherlands, Portugal and Sweden.
[3] Tijdens de looptijd van MEDIA II hadden de volgende landen een geringe productiecapaciteit en/of een beperkt geografisch gebied en taalgebied: Oostenrijk, België, Denemarken, Finland, Griekenland, Ierland, IJsland, Liechtenstein, Luxemburg, Noorwegen, Nederland, Portugal en Zweden.

[4] The following were considered as countries with a low audiovisual production capacity and/or a restricted linguistic and geographical area during the MEDIA II programme: Austria, Belgium, Denmark, Finland, Greece, Ireland, Iceland, Liechtenstein, Luxembourg, Norway, Netherlands, Portugal and Sweden.
[4] De landen met een geringe productiecapaciteit en/of een beperkt taalkundig en geografisch gebied waren tijdens het MEDIA II-programma : België, Denemarken, Finland, Griekenland, Ierland, IJsland, Liechtenstein, Luxemburg, Nederland, Noorwegen, Oostenrijk, Portugal en Zweden.

MEDIA II aid represented only 0.51% of the European audiovisual sector's economic weight overall, although this proportion was higher (average 0.80%) in the countries with low production output and exceeded 1% in Greece, Iceland, Belgium and Luxembourg.
De door MEDIA II verleende steun vertegenwoordigde slechts 0,51% van het totale economische gewicht van de Europese audiovisuele sector, maar zij heeft een significantere rol gespeeld op het niveau van de landen met een geringe productiecapaciteit, waar zij gemiddeld 0,80% bedroeg. De steun beliep meer dan 1% in Griekenland, IJsland, België en Luxemburg.

[8] The following were considered as countries with a low audiovisual production capacity and/or a restricted linguistic and geographical area during the MEDIA II programme: Austria, Belgium, Denmark, Finland, Greece, Ireland, Iceland, Liechtenstein, Luxembourg, Norway, Netherlands, Portugal and Sweden.
[8] De landen met een geringe productiecapaciteit en/of een beperkt taalkundig en geografisch gebied waren tijdens het MEDIA II-programma : België, Denemarken, Finland, Griekenland, Ierland, IJsland, Liechtenstein, Luxemburg, Nederland, Noorwegen, Oostenrijk, Portugal en Zweden..