The principles of the Convention are: Respect for inherent dignity, individual autonomy including the freedom to make one’s own choices, and independence of persons; Non-discrimination; Full and effective participation and inclusion in society; Respect for difference and acceptance of persons with disabilities as part of human diversity and humanity; Equality of opportunity; Accessibility; Equality between men and women; Respect for the evolving capacities of children with disabilities and respect for the right of children with disabilities to preserve their identities.
De grondbeginselen van het verdrag zijn: respect voor de inherente waardigheid, persoonlijke autonomie, met inbegrip van de vrijheid zelf keuzes te maken, en de onafhankelijkheid van personen; non-discriminatie; volledige en daadwerkelijke participatie en opname in de samenleving; respect voor verschillen en aanvaarding dat personen met een handicap deel uitmaken van de mensheid en menselijke diversiteit; gelijke kansen; toegankelijkheid; gelijkheid van man en vrouw; respect voor de zich ontwikkelende capaciteiten van kinderen met een handicap en eerbiediging van het recht van kinderen met een handicap op het behoud van hun eigen identiteit.