for the author of a literary or artistic work, in the absence of proof to the contrary, to be regarded as such, and consequently to be entitled to institute infringement proceedings, it shall be sufficient for his name to appear on the work in the usual manner;
opdat de auteur van een werk van letterkunde en kunst, behoudens bewijs van het tegendeel, als zodanig worden beschouwd en bijgevolg gerechtigd is inbreukprocedures in te stellen, is het voldoende dat zijn naam op de gebruikelijke wijze op het werk vermeld staat;