The field of vision may be reduced by the presence of headrest and devices such as, in particular, sun visors, rear windscreen wipers, heating elements and stop lamp of category S3 or by components of bodywork such as window columns of rear split doors, provided that all these devices together do not obscure more than 15 per cent of the prescribed field of vision when projected onto a vertical plane perpendicular to the longitudinal median plane of the vehicle.
Het gezichtsveld mag worden beperkt door de aanwezigheid van hoofdsteunen en inrichtingen zoals, met name, zonnekleppen, ruitenwissers op de achterruit, verwarmingselementen en een remlicht van de categorie S3 of door onderdelen van de carrosserie, zoals raamstijlen in geval van twee achterdeuren, mits al deze inrichtingen samen niet meer dan 15% van het voorgeschreven gezichtsveld beslaan indien zij worden geprojecteerd op een verticaal vlak loodrecht op het verticale vlak door de lengteas van het voertuig.